Ben je gepassioneerd door het ontdekken van de natuur?
Kom dan de vele wandelpaden verkennen en ontdek de wilde natuur die het meer van Serre-Ponçon te bieden heeft.
In en rond het meer van Serre-Ponçon vind je een twintigtal zeldzame of opmerkelijke plantensoorten en een twintigtal diersoorten die tot het erfgoed behoren.
De vallei van de Durance is een belangrijke vogeltrekroute. Het stuwmeer van Serre-Ponçon is het laatste grote toevluchtsoord voor trekvogels voordat ze de Alpenketen oversteken (trekroute Camargue > Povlakte > Midden- en Noord-Europa). Slechte weersomstandigheden op grotere hoogten kunnen vogels dwingen om beneden in de vallei te blijven (migratieblokkades komen vaak voor in de lente). Het stuwmeer is daarom een rustgebied, vooral in de herfst en de lente.
Het Lac de Serre-Ponçon herbergt een grote concentratie overwinterende eenden en een aantal trekkende, pleisterende en overwinterende watervogels, evenals veel steltlopers die de bij laag water blootgelegde slikken gebruiken.
De meest regelmatige soorten, behalve in de lente en herfst, zijn :
- wilde eend (Anas platyrhynchos),
- fuut (Podiceps cristatus),
- geelpootmeeuw (Larus michahellis),
- kokmeeuwen (Chroicocephalus ridibundus),
- zwarte wouw (Milvus migrans), vooral in de zomer
Tijdens de trek worden veel soorten, vooral steltlopers, aangetroffen op de dichtgeslibde randen:
- groenvleugeltaling (Anas crecca) van begin december tot eind februari, vooral stroomopwaarts van de Savinesbrug,
- de grote aalscholver (Phalacrocorax carbo) in de herfst en de lente
- de blauwe reiger (Ardéa cinerea) van half oktober tot begin maart, vooral rond de Boscodon kegel (Peyre blanc),
- de elegante kluut (Recurvirostra avosetta),
- de kleine zilverreiger (Egretta garzetta),
- de roze flamingo (Phoenicopterus ruber roseus)..